Het terugdringen van de CO2-uitstoot is niet genoeg om de klimaatcrisis op te lossen. Daarvoor waarschuwen de deskundigen van het IPCC. De wereld moet snel actie ondernemen tegen een ander krachtig broeikasgas – methaan – om de stijging van de temperatuur op Aarde een halt toe te roepen. De wetenschappers stellen dat methaangas, dat vrijkomt bij landbouw, schaliegas en oliewinning, een steeds grotere rol speelt in de oververhitting van de planeet.
bron: The Guardian, 6 augustus 2021
Vooraanstaande klimaatwetenschappers zullen volgende week in een baanbrekend rapport hun krachtigste waarschuwing tot nu toe geven – dat we op de rand van een klimaatcatastrofe staan. Dan zal het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) zijn zesde evaluatierapport publiceren, een uitgebreid overzicht van de kennis die de wereld heeft over de klimaatcrisis en de manier waarop menselijke activiteiten de planeet veranderen. Het zal in detail aantonen hoe dicht de wereld bij een onomkeerbare omwenteling is.
Een van de belangrijkste actiepunten voor beleidsmakers zal waarschijnlijk een waarschuwing zijn dat methaan een steeds grotere rol speelt bij de oververhitting van de planeet. Het koolstofrijke gas, dat wordt geproduceerd door veeteelt, schaliegasbronnen en slecht beheerde conventionele olie- en gaswinning, verwarmt de wereld veel sterker dan CO2: het heeft een ‘opwarmingspotentieel’ dat meer dan 80 keer zo groot is als dat van CO2. Het heeft echter een kortere levensduur in de atmosfeer: het blijft ongeveer een decennium bestaan voordat het uiteenvalt tot CO2.
Durwood Zaelke, voorzitter van het Institute for Governance and Sustainable Development (IGSD) en een van de hoofdbeoordelaars van het IPCC, zegt dat het terugdringen van de methaanuitstoot waarschijnlijk de enige manier is om een temperatuurstijging van 1,5 °C boven het pre-industriële niveau te voorkomen. Bij een sterkere stijging nemen klimaatextremen toe en kunnen zogenaamde kantelpunten worden bereikt. “Het terugdringen van methaan is onze grootste kans om de opwarming tussen nu en 2040 te vertragen,” stelt Zaelke. “Deze alarmerende situatie moeten we onder ogen zien.”
Volgens Zaelke moeten beleidsmakers rekening houden met de IPCC-bevindingen over methaan vóór de cruciale VN-klimaatonderhandelingen in Glasgow in november, COP26. “Tijdens COP26 moet dit probleem worden erkend en moeten we er iets aan doen,” aldus Zaelke.
Het terugdringen van de methaanuitstoot zou een tegenwicht kunnen vormen voor het uitfaseren van steenkool. Dat is een belangrijk doel van COP26, omdat het de vuilste fossiele brandstof is en het verantwoordelijk is voor een sterke toename van de uitstoot de afgelopen jaren. Het gebruik van steenkool heeft echter een pervers klimaateffect: de zwaveldeeltjes die erbij vrijkomen, beschermen de Aarde enigszins tegen opwarming door een deel van het zonlicht te reflecteren.
Dit betekent dat het onmiddellijke effect van een vermindering van het steenkoolgebruik zou kunnen zijn dat de opwarming toeneemt, hoewel het de Aarde op middellange en lange termijn natuurlijk zou beschermen. Volgens Zaelke kan het terugdringen van methaan dit compenseren: “Defossilisering zal pas rond 2050 tot afkoeling leiden. Zwavel dat uit de atmosfeer verdwijnt, zal de opwarming die al in het systeem zit, ontmaskeren.”
“Klimaatverandering is als een marathon – we moeten zorgen dat we in de race blijven. Het terugdringen van CO2 zal de komende tien jaar niet tot afkoeling leiden. En daarna zal ons vermogen om de klimaatverandering aan te pakken, zo ernstig in het gedrang komen dat we niet meer verder zullen kunnen rennen. Het terugdringen van methaan geeft ons tijd”, aldus Zaelke.
De methaanniveaus zijn de afgelopen jaren sterk gestegen, veroorzaakt door schaliegas, slecht beheerd conventioneel gas, olieboringen en vleesproductie. Vorig jaar steeg de uitstoot van methaan met een recordhoeveelheid, volgens het VN-Milieuprogramma (UNEP).
[Lees het volledige artikel.]