Rijke landen breken hun klimaatverbintenissen door een nieuwe stormloop op gas in het zuiden van de wereld te financieren, zo blijkt uit een studie. Uit het onderzoek blijkt dat een aantal grote economieën talloze projecten hebben gefinancierd die te maken hebben met fossiele brandstoffen. Dat draagt bij aan verdere opwarming van de Aarde.
bron: The Guardian, 7 juni 2021
Een week voor de G7-top in Cornwall begint, blijkt uit het rapport dat landen met lage en middeninkomens tussen 2017 en 2019 bijna 16 miljard dollar per jaar hebben ontvangen voor het financieren van projecten die te maken hebben met gas, een fossiele brandstof die de opwarming van de Aarde verergert.
‘Stranded assets’
Dit was bijna vier keer meer dan de internationale overheidsfinanciering voor wind- of zonneprojecten. Dat leidt tot de bezorgdheid dat armere landen worden opgesloten in de oude ‘fossiele’ economie, ook al zijn er schonere en steeds goedkopere alternatieven beschikbaar.
Veel van deze gasprojecten zullen waarschijnlijk vóór het einde van hun looptijd van 30 jaar moeten worden afgeschreven, aangezien het Internationaal Energieagentschap (IEA) vorige maand verklaarde dat geen nieuwe olie-, gas- of steenkoolvelden mogen worden aangeboord als de wereld binnen de 1,5 °C opwarming ten opzichte van het pre-industriële niveau wil blijven.
Verleden
Toonaangevende economieën en internationale financiële instellingen hebben beloofd andere landen te helpen bij de overgang van fossiele naar duurzame brandstoffen, maar uit het rapport van het International Institute for Sustainable Development (IISD) blijkt dat veel van hun financieringsbeslissingen nog steeds in het verleden blijven hangen.
Drie regeringen (de VS, Japan en China) namen 48% van de overheidsfinanciering voor gas in het zuiden van de wereld voor hun rekening. De Wereldbank nam nog eens 12% voor haar rekening. Volgens de auteurs van de studie werd deze financiering gebruikt om de markten in Azië en Afrika uit te breiden, wat de olie-industrie in de rijke landen ten goede zou komen.
Netto nul
“Terwijl landen als Australië en de Verenigde Staten hun export van vloeibaar aardgas massaal uitbreiden, lijkt het overheidsgeld dat nieuwe gasinfrastructuur ondersteunt, meer gericht op het dienen van machtige belangen dan op het helpen van zuidelijke landen om in hun behoeften te voorzien”, aldus de hoofdauteur van het rapport, Greg Muttitt.
In het rapport wordt opgemerkt dat nieuwe gasprojecten niet in overeenstemming zijn met de klimaatovereenkomst van Parijs. Volgens de 1,5°C-scenario’s van het IPCC moet het wereldwijde gasverbruik tussen 2020 en 2050 met 55% dalen. In het net gepubliceerde ‘Net-Zero by 2050’-rapport van het IEA wordt opgemerkt dat er geen behoefte is aan investeringen in nieuwe voorraden fossiele brandstoffen. Nog dubieuzer zijn nieuwe gascentrales, die – vaak gebouwd met een levensduur van 30 jaar – de wereld voorbij de 2050-doelstellingen voor het bereiken van netto-nul zouden brengen.
Overbruggingsbrandstof
De petrochemische industrie heeft lang beweerd dat gas een ‘overbruggingsbrandstof’ is die minder schadelijk is voor het klimaat dan olie of kolen. Maar volgens IISD-deskundigen worden deze argumenten ondermijnd door het groeiende bewijs van de schade die methaanlekken veroorzaken, de dringende noodzaak om de emissies te beperken en de dalende prijs van hernieuwbare energie.
Sommige landen (zoals het Verenigd Koninkrijk) en internationale financiële instellingen (waaronder de Europese Investeringsbank) hebben al besloten om overzeese financieringssteun voor nieuw gas en olie uit te sluiten conform de doelstellingen van het Akkoord van Parijs.
[…]
